Zonder connectie geen correctie

In gesprek met Top 1000-regisseur Wolter Fischer


Bij Jeugdbescherming werkt het Top 1000-team nauw samen met andere organisaties in Amsterdam-Amstelland om de meest actieve jongeren die met de politie in aanraking kwamen, en hun gezinnen, te begeleiden. Ook is het team vraagbaak voor andere teams van Jeugdbescherming als het gaat om jeugdreclassering. Top 1000-regisseur en gezinsmanager Wolter Fischer vertelt over zijn veelzijdige, uitdagende en soms ook spannende job.

Kneedbare jongeren
Wolter is 35 jaar en woont met zijn vriendin en dochtertje in Utrecht. Na de studie Social Work in zijn ‘stadsie’ werd hij jongerenwerker in Utrechtse ‘krachtwijken’. Vervolgens werkte hij een tijd als regisseur jeugdgroepen in Zaandam. Nu werkt Wolter bijna vijf jaar bij Jeugdbescherming Regio Amsterdam. Hij koos er al snel voor om expertise in de jeugdreclassering te vergaren, jongeren met politiecontacten hebben hem steeds geboeid. Geen werkdag is hetzelfde en elke jongere is anders. De doelgroep van het Top 1000-team, jongeren die na het plegen van high impact crimes in aanraking komen met de politie, fascineert Wolter zeker.

‘Jongeren zijn nog kneedbaar: zelfs als ze heftige dingen hebben gedaan, is verandering mogelijk. Mijn credo is dat iedereen een tweede kans verdient. Samen onderzoeken we hoe die tweede kans eruitziet. Wat heeft een jongere nodig om van criminaliteit te bewegen naar desistance – het besluit om uit de criminaliteit te stappen? Bij een complexe vraag hoort een complex antwoord. Naar dat antwoord ga ik samen met de jongere en het gezin op zoek.’ 

Nauwe samenwerking en korte lijntjes
Het Actiecentrum Veiligheid en Zorg, het samenwerkingsverband van de regio Amsterdam-Amstelland, riep het Top 1000-Team in het leven. Een integrale aanpak van de meest actieve plegers van delicten als overvallen, straatroven, woninginbraken, zware mishandeling en drugscriminaliteit. Het doel van de aanpak is om het aantal high-impact delicten, drugshandel en daaraan gerelateerde zware geweldsdelicten terug te dringen. Meerdere organisaties en instanties leveren regisseurs: onder andere Jeugdbescherming Regio Amsterdam, de William Schrikker Stichting, de politie, de Raad voor de Kinderbescherming, de GGD en Reclassering Nederland. Nadat een jongere instroomt, wordt een profiel geschetst en bekijken de partners wie de beste kaarten heeft om een regisseur te leveren.

Gezinsgerichte aanpak en het belang van het netwerk
Als een jongere in aanraking komt met de politie, komen er veel instanties in beeld. Jeugdbescherming houdt de regie over de veiligheid van de kinderen. De Raad voor de Kinderbescherming levert informatie over het gezin, soms is er aanvullend onderzoek van een psychiater of psycholoog. Met alle betrokken partijen stelt Wolter een plan met schorsende voorwaarden op, in afwachting van de strafzitting en soms ook om detentie te voorkomen.

‘Ik breng samen met de jongere en het gezin de verschillende leefgebieden in kaart: waar moet we stutten en steunen, waar ligt verandering binnen handbereik? En ook: hoe blijft onderwijs mogelijk, welke dagbesteding of behandeling is geschikt? We betrekken vaak de scholen van de broers en zussen of een steunende buurvrouw of grootouder. Bij het opstellen van het gezinsplan is het uitgangspunt dat de jongere zich blijft ontwikkelen.’

Gezamenlijk doel
Ook de rol en verantwoordelijkheid van de ouders komt in beeld. Zij staan vaak niet te springen om samen te werken met Jeugdbescherming. Ze willen de broers en zussen liever ver van het ‘gedoe’ houden. Wolter en zijn collega’s doen er alles aan om alle betrokkenen te motiveren tot samenwerking.  

‘Een gezamenlijk doel is hierbij belangrijk. Voorkomen dat een jongere in contact komt met de politie is in het belang van het hele gezin. Ook ouders zien dat liever niet nog een keer gebeuren.’

Het belang van een match
Wolter beseft dat hij heel wat vraagt van de jongere en het gezin: jezelf blootgeven bij iemand die je niet kent, is niet niks. Dat vereist van de gezinsmanager een authentieke opstelling. Een goede match is de essentiële basis. Connectie is nodig om tot correctie te komen. Wolter probeert naast het gezin te gaan staan en ondersteuning te bieden. Die ondersteuning is in het begin vaak functioneel: bijvoorbeeld bij schulden samen met een coach een betalingsregeling aanvragen, of op zoek gaan naar een baantje. Al werkt dat laatste niet altijd.

‘Als een kerel een fortuin verdient met de handel in harddrugs, overtuig je hem niet met een baantje bij de supermarkt. Dan onderhandel je liever met het langetermijnperspectief, met de mogelijkheid van een ander pad. Je praat dus niet over geld, maar over de risico’s en effecten van crimineel gedrag, ook op de relaties van de jongere. Dat is niet eenvoudig, want het puberbrein heeft moeite met de lange termijn en verlangt directe resultaten.’

Als het kan ook samen op de bank zitten
Wolter vindt het belangrijk om in de analysefase bij de jongeren thuis te komen: daar komen ze makkelijker los. Door te observeren leert hij veel over het gezin en de jongere. Foto’s aan de muur verklappen wie belangrijk is, ongedierte over de vloer vertelt iets anders dan een hond die er gezellig bij komt liggen. Soms gaat het ogenschijnlijk goed, de jongere gaat weer naar school en volgt een behandeltraject. Maar als Wolters oog op schoenen van 800 euro valt, of als hij weet dat er messen uit de keukenla verdwijnen, dan gebeurt het soms dat hij de politie vraagt om meer onderzoek te doen of de jongere op straat te fouilleren. Een gezinsmanager als Wolter heeft een taak naar het gezin én draagt verantwoordelijkheid voor de maatschappij: meer criminaliteit voorkomen.

‘Af en toe spreek ik voor mijn eigen veiligheid op een andere locatie af. Als een jongere bijvoorbeeld betrokken is bij cocaïnehandel, is de kans groot dat er nog een flinke som geld terugbetaald moet worden. In zulke situaties vermijd ik het liever om met de jongere door de wijk te lopen, al zou zo’n wandeling mij nieuwe inzichten bieden.’

Geweldstoename en stevige samenwerking
Wolter volgt de berichtgeving in de media over criminele zaken en geweld onder jongeren op de voet. De ontwikkelingen baren hem zorgen. Zo worden jongeren steeds vaker schuldig bevonden aan high impact crimes als woninginbraak en poging tot doodslag. Meer jongeren dragen wapens, naar eigen zeggen voor hun eigen veiligheid. Ook dit draagt bij aan de vicieuze cirkel van steeds meer geweld.

‘Jongeren die geronseld worden om cocaïne uit containers te halen, worden uithalers genoemd. Ook in de Antwerpse haven worden steeds meer Nederlandse uithalers opgepakt. We moeten met z’n allen streven naar gedeelde verantwoordelijkheid, nauwe contacten en stevige informatievoorziening, ook over landsgrenzen heen. Goed samenwerken is een belangrijk antwoord op de geweldstoename onder jongeren.’

Uitgedaagd en gefascineerd
Wolter vindt zijn werk heel uitdagend en heeft het gevoel dat hij nog lang niet uitgeleerd is. Ook vindt hij het fijn om vanuit zijn steeds grotere expertise collega’s in andere teams bij te staan op het gebied van jeugdreclassering. Dat jongeren kunnen overgaan tot het plegen van delicten, fascineert Wolter. Dan wil hij dé hamvraag uitzoeken: wat maakt dat iemand die keuze maakt, al heeft die keuze ingrijpende gevolgen? Stap voor stap zoekt hij uit wat er samen kan worden gedaan om te voorkomen dat die keuze nog eens wordt gemaakt.

‘Bij een inhoudelijke zitting zie ik soms beelden van de steekpartij of gewapende overval. Dat gaat me niet in de koude kleren zitten. Gelukkig kan ik goed loslaten. Ik besef steeds meer dat denken in scenario’s geen zin heeft, je hebt geen invloed op wat er allemaal zou kunnen gebeuren. Een goed plan maken, stevige afspraken opstellen, de juiste hulpverlening inzetten: dat is waar je invloed op hebt.’